vrijdag 24 mei 2013

Kaneelbroodjes? Mmmmm...

 Bakken kan toch zo plezant zijn he. Ik zou het elke dag kunnen doen, alleen al voor alle geuren die eerst de keuken, en daarna het hele huis parfumeren...
 
Maar wat ge bakt moet ge ook opeten, en dat is heel slecht voor de lijn van mij en mijn huisgenoten. Dus beperk ik mij zo'n beetje tot speciale gelegenheden, met heel af en toe ook een baksel gewoon voor de goesting.
 
Mijn 30ste verjaardag (en ik kan het eindelijk zeggen zonder er een zucht bij te laten) was dus de ideale gelegenheid voor een beetje bakplezier. Ik wou namelijk de leukste collega's die ik ooit al gehad heb trakteren op verse kaneelbroodjes, eigenlijk een recept waar ik mijne paps voor moet bedanken.
 
 
Ze hebben altijd succes, en als bonus ruikt heel het huis naar kaneel (en ik ben verslaafd aan kaneel).
En ze zijn vooral helemaal niet moeilijk.
 
Het was ook een recept dat ik de moeite waard vond om op te nemen in mijn receptenverzamelboek (als dat de juiste benaming is), het leukste cadeau dat ik ooit gekregen heb.
 
 
En ja, het is eigenlijk Duits, maar ik ben fier op mijn Duitse roots, dus dat vind ik niet erg. Ik schrijf er alleen recepten op die ik geërfd heb, of die ik echt de moeite vind.
 
 
 
Het recept? Natuurlijk krijgen jullie dat, met de complimentjes van den Bompa (die eigenlijk mijn vader is, maar die voor iedereen Bompa heet sinds hij 18 jaar geleden bompa werd van zijn eerste kleinkind.
 
Ingrediënten voor 20 tot 30 broodjes
 
Voor het gistdeeg:
- 120 g boter
- 500 ml melk
- 3 theelepels gist (komt overeen met één zakje droge gist van Bruggeman)
- 150 g suiker
- 800 g vloeiende bloem (met bloem voor wit brood krijg je een stevigere structuur)
- 1 theelepel zout
 
Voor de afwerking:
- enkele klontjes boter (zacht, niet uit de ijskast)
- 100 g bruine suiker
- kaneelpoeder naar believen (bij mij mag het goed veel zijn), kan ook vervangen worden door bijvoorbeeld gemengde speculaaskruiden, je kan ook geweekte rozijnen toevoegen of kleine stukjes appel, gebruik gerust je fantasie.
 
 
Bereiding
 
-Smelt de boter en voeg de melk toe. Voeg, wanneer dit mengsel ongeveer op lichaamstemperatuur is, de suiker en de gist al roerend toe.
 
- Doe de bloem en het zout in een grote mengkom, maak een kuiltje in het midden, en voeg langzaam het gistmengsel toe, terwijl je alles mengt in het kuiltje. Ik gebruik mijn handen, met een lepel een brooddeeg mengen gaat echt moeilijk, en je krijgt je mengsel zo nooit mooi egaal.
 
- Blijf mengen tot je een bol mooi glad, en vooral soepel deeg bekomt, en kneed nog even goed door. Brooddeeg moet voldoende gekneed worden om de gluten in de bloem aan het werk te zetten.
 
 
- Dek het deeg af (met ofwel een vochtige handdoek, of met plasticfolie), en laat het op een warme plaats rijzen tot het deeg in volume verdubbeld is.
Op dit punt kan je bijvoorbeeld het deeg in twee verdelen, en het deeg kan afgedekt enkele dagen in de koelkast bewaard worden, om op een later tijdstip afgewerkt en afgebakken te worden. Als je al het deeg ineens wil gebruiken, heb je minstens 2 bakplaten nodig. Om te verwerken deel je het deeg sowieso best op in 2. De volledige hoeveelheid is iets te groot om makkelijk uit te rollen.
 
- Verwarm de oven voor op 240 graden.
 
- Rol het deeg uit tot een rechthoek met een dikte van 1/2 cm. Vergeet niet om je werkoppervlak en je deegrol royaal te bebloemen voor je begint uit te rollen. Het is een soort van koekenbrood-achtig deeg, en dus kleveriger dan gewoon brooddeeg.
 
- Leg er wat kleine vlokjes boter op, meng de bruine suiker met de kaneel, en verdeel over het deeg. Hou nog een klein beetje van dit mengsel apart.
 
 
- Rol op in de lengte, en snijd in stukken van ca. 4 cm breed. Zet de spiraaltjes van deeg mooi rechtop op een met bakpapier bekleedde plaat. Je moet de rolletjes deeg misschien wat terug in vorm brengen, aangezien ze wat plattekes kunnen worden van de druk van het mes, als je ze snijd.
 
- Strooi het laatste beetje suiker en kaneel over de broodjes vooraleer je ze in de oven zet. Als alternatief, als ge schoon blinkende broodjes wilt kunt ge ze ook instrijken met een eidooiertje dat wat losgeklopt is met een klein beetje melk. Of ge er dan daarna nog suiker over strooit, unt ge zelf kiezen, maar dan ziet ge natuurlijk niet meer zo goed hoe mooi uw broodjes blinken.
 
 
- Ik zet persoonlijk de oven 20° lager zodra ik de broodjes erin ga zetten, maar dat hangt natuurlijk een beetje af van uw oven en diens enthousiasme temperatuursgewijs. Bak de broodjes 10 tot 12 minuten.
 
- Als ze er zo uitzien...
 
 
... dan mogen ze eruit.
 
- Laat de broodjes afkoelen op de plaat. Als ze pas uit de oven komen zijn ze zo zacht dat je bijna denkt dat ze nog niet gaar zijn. Ze zijn wel gaar, ze hebben alleen wat tijd nodig om dat zelf ook te beseffen.
 
Zelf vind ik de broodjes op hun lekkers, als ze net genoeg afgekoeld zijn om te eten, maar nog warm zijn. Dan is de gekaramelliseerde bruine suiker nog kleverig.
 
Ik moet nu stoppen met typen aan dit bericht, want hoe meer ik jullie vertel over kaneelbroodjes, en hoe makkelijk ze te maken zijn, hoe meer zin ik krijg om zelf nog een portie te maken. En das weer slecht voor de taille.
 
Dus, ik laat het aan jullie over. Ik ben zoals altijd benieuwd naar wat jullie er van vinden, en hoe het bakken je verging, dus hou mij op de hoogte.
 
Smakelijk!!!
 
 
 
 
 
 





Geen opmerkingen:

Een reactie posten